50 jaar Zaanse IJskronieken, de zeer strenge winter van 1941/42

  1. De winter van 1941/42, november
  2. De winter van 1941/42, januari
  3. De winter van 1941/42, februari
  4. De winter van 1941/42, maart

De winter van 1941/42, november

Karaktergetal:       - 332     (Gedurende de periode van 1 november - 31 maart)
Aantal ijsdagen:        41
Aantal vorstdagen:    89
Tijdsduur:               van 9 januari - 15 maart
BUITENGEWOON ZWARE SNEEUWVAL

15 november
We staan alweer aan bet begin van een nieuwe winter en velen zien met angst en vreze deze periode tegemoet, want de moeilijkheden, vooral met brandstoffen, zijn alweer heel wat groter dan een jaar geleden en een strenge winter zou derhalve wel heel ongelegen komen.
Maar op 29 oktober viel er hier al sneeuw en dat is wel heel vroeg voor de tijd van het jaar; bovendien heeft het in de nacht van 14 op 15 november wel - 5 C. gevroren en we vragen ons af  of de winter niet een maand in de war is; vanmiddag valt er weer lichte sneeuw, 's avonds is de lucht glashelder en met een harde Oostelijke wind is het voor november ongemeen koud.

16 november
Opnieuw - 5 C. vorst, de wind draait echter naar Z.O. en tegen twaalf uur begint het te dooien, zodat deze vroege koude ver­moedelijk wel voorbij zal zijn, hetgeen des te beter is!
Na deze paar winterse november-dagen bracht de maand december weinig bijzonders, althans wat sneeuw en ijs dan betreft. Op de tweede Kerstdag viel er wat sneeuw, maar vorst van betekenis kwam niet voor, dit dus in tegenstelling met 1940 en 1941, toen het in beide winters medio december al flink begon te vriezen.

De winter van 1941/42, januari

6 januari
De eerste dagen van het nieuwe jaar zijn alweer verstreken, vandaag valt de eerste sneeuw van dit jaar en kan ik mijn aan­ tekeningen weer voortzetten.

7 januari
Flinke sneeuwval; temperatuur 's avonds even onder bet vries­punt; de sneeuw viel uit bet Zuidwesten, zodat het me niets zou verwonderen, wanneer de wind daarna naar het Noordoosten zou draaien. Dit gebeurt nl. wel meer en soms is het wel eens andersom ook het geval; met sneeuwval uit het Noordoosten is de kans niet uitgesloten dat de wind naar het Zuidwesten draait.

8 januari
Weer flinke sneeuwval vandaag. 's Avonds vriest het wat maar het zet nog niet door; sneeuwijs in de sloten.

9 januari
Inderdaad is vandaag de wind naar het Oosten gedraaid en begint het te vriezen. Het is nu wel zeker dat er een vorstperiode voor de deur staat. Maar we beschikken in deze tijden nu eenmaal niet meer over weerberichten en zijn geheel op "eigen waarnemingen" aangewezen. Voor de komende nacht verwacht ik matige vorst.

10 januari
In de afgelopen nacht heeft het - 6 C. gevroren en ook overdag blijft de temperatuur onder het vriespunt zodat we van een ijs­ dag kunnen spreken. Het is vandaag zaterdag en op een onderge­lopen stuk land hebben we al schaatsen gereden voor het eerst dus in deze winter.

11 januari (zondag)
Na enkele dagen van matige vorst konden we nu het gehele binnenveld al doorkruisen en heb ik prettig gereden. Velen hadden de schaatsen al ondergebonden, maar een echte IJs-zondag is het nog niet, de meeste schaatsenrijders(sters!) bleven op de kleine sloten en dat is maar goed ook, want dan blijven onge­lukken uit. De Reef bijvoorbeeld, was zeer onbetrouwbaar en we zijn maar gauw teruggegaan. Aanhoudende vorst.

12 januari
Opnieuw - 5 C. vorst, ook overdag en 's avonds - 6  C. Het ijs is nu wel vertrouwd - sneeuwijs is, wanneer het blijft vriezen, heel gauw sterk - en ik ging dan ook weer als vanouds, op schaatsen naar de fabriek, dan heb je zo'n dag toch nog even gereden!

13 januari
Felle vorst, tot - 9 C. Er kan nu overal gereden worden en zo zijn mijn broer en ik - liefhebbers als we nu eenmaal zijn en blijven - er vanmiddag tussen uit getrokken om ons eerste ijstochtje te maken. twee bonden we op bij de Juliariabrug, reden over de ringvaart naar Purmerend en vandaar naar Edam. Om half vier arriveerden we in Monnickendam en zagen een be­vroren Gouwzee, die echter nog niet vertrouwd was. Over Ilpen­dam en de verder zo bekende route reden we huiswaarts en waren om halfzes weer in Westzaan. Als "aandenken" aan dit soort tochtjes bewaar ik altijd de pontkaartjes van het pontveer Gemeente Ilpendam. (kosten 2 cent per overgang) want het Noord­-Hollands kanaal wordt voor de scheepvaart natuurlijk altijd zo lang mogelijk opengehouden.

14-15 januari
Het wordt wéér een dagboek zonder enkele dagen te kunnen overslaan, want de vorst houdt stand en het vriest steeds strenger, in de afgelopen nacht zelfs - 12 C. en overdag - 6 C.
Het ziet er weer naar uit dat de winter streng zal worden met alle gevolgen van dien. En dat voor de derde opeen volgende keer, dat is werkelijk ongekend!

16-17 januari
Het blijft  streng tot zeer streng vriezen, het vroor hier - 15 C., de wind staat pal in de Oosthoek en de hemel is strak blauw. Ook overdag is het zeer koud en het vriest dan minstens - 6 C. De dikte van het ijs in het binnenveld is al 20cm.
Op de Zaan opent IJsclub "Voorwaarts" te Koog aan de Zaan een ijsbaan nabij Julianabrug.
Morgen is het zondag en dat  zal een "grote dag" worden wat de ijssport betreft. Talrijke tochten en wedstrijden zijn vastgesteld en zullen zeker doorgang vinden.
Zo heeft de Y.H.N. o.a. een Dorpentocht van 120 km uitgeschreven en mijn vriend W. Veenis en ik hopen daaraan deel te nemen. Dat kan dus een mooie dag worden.

18 januari (zondag)
Na strenge vorst is het vandaag een prachtige dag geworden voor de duizenden schaatsliefhebbers. Cok wij, dat is te zeggen, genoemde vriend Veenis en ik hebben deze dag goed besteed en schreven in voor deelname aan het tot nu toe langste traject, als hier boven  vermeld.
We vertrokken 's morgens om half negen op de schaats vanuit Westzaan en reden naar Purmerend, waar de start van de Dorpen­tocht  plaats vond. Na ontvangst van onze startkaarten reden we om tien uur weg en kwamen gedurende de tocht langs de volgende plaatsen:
Start Purmerend, Kwadijk, Edam, Middelie, Warder, Oosthuizen, Oudendijk, Hulk, Avenhorn, Ursem, Rustenburg, Hensbroek, Obdam, Venhuizen, Niedorperverlaat, Oudkarspel, Warmenhuizen, Koedijk, St. Pancras, Alkmaar, Stompetoren, Schermerhorn, Groot-Schermer, Graft, Driehuizen, West-Graftdijk, Spijkerboor, Jisp, Neck en tenslotte weer het einddoel: Purmerend, waar we 's avonds om zes uur arriveerden. Het was een een pracht-tocht langs zeer behoorlijke banen door een mooi gedeelte van. Noord-Holland over een totale afstand van 120 km. Maar wat  ligt dat Warmenhuizen in die koolstreek ver weg! Het was dan ook wel het meest Noordelijke punt van de route en eenmaal daar gekomen, ging het Zuidwaarts en hadden we het grootste deel er op zitten.

Toen we in Purmerend terug  waren, viel de duisternis snel in, maar we moesten nog terug naar Westzaan! En daar het ijs volkomen betrouwbaar was, besloten we om kalmpjes aan in het donker naar huis te rijden. Even een telefoontje naar Westzaan om onze respectievelijke vrouwen gerust te stellen. En zo stonden we dan in het donker opnieuw op de schaats! Nu, dit leek erger dan het in werkelijkheid was, want eenmaal op de ringvaart ging het met windje in de rug vanzelf en zo waren we om acht uur weer veilig en wel in Westzaan.

Met heen en terug de afstand Westzaan - Purmerend meegerekend, hadden we dus ca.160 km afgelegd, een mooie training voor de Elfstedentocht, die vermoedelijk a.s. week gehouden zal worden en waar we graag eens aan mee zouden willen doen. Bovendien heeft mijn tochtgenoot vorig jaar al met succes de Elfstedentocht uitgereden, dus is hij voldoende op de hoogte!
En het is absoluut noodzakelijk, wil men een kans maken om die tocht te volbrengen, dat men behoorlijk is voorbereid en een flink traject, zoals de Dorpentocht, heeft afgelegd.
Maar we zullen nog niet op de zaak vooruit lopen en daarom volgt onderstaand eerst een overzicht van de tochten van de Y.H.N. dd.18 januari 1942:

Alkmaar

gestart

   200

wedstrijdrijders

aangekomen

   164

120 km

 

 

1700

toerrijders

aangekomen

1236

120 km

 

 

1500

toerrijders

aangekomen

1122

 60 km

 

totaal

3400

rijders

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Purmerend

gestart

1450

toerrijders

aangekomen

1105

120 km

 

 

2200

toerrijders

aangekomen

1999

  70 km

 

totaal

3650

rijders

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoorn

gestart

  333

toerrijders

aangekomen

  282

125 km

 

 

  452

toerrijders

aangekomen

  410

  80 km

 

totaal

  785

 

 

 

 

 

In totaal startten er dus niet minder dan 7835 deelnemers, waarvan er 6318 de finish bereikten (Opgaven van de Prov. Noordholl. IJsvereniging, v.h.  Y.H.N.).
Uit bovenstaande cijfers blijkt wel voldoende welk een geweldige vlucht het zgn. "IJstoerisme" heeft genomen en het initiatief alsmede de organisatie van dergelijke tochten kan m.i. niet hoog genoeg worden geprezen. Eén naam blijft hieraan onverbrekelijk verbonden, het is de heer J. Trouw uit Abcoude, de grondlegger van de Dorpentochten.

19-21 januari
Wat het weer betreft, komt er deze dagen heel weinig verandering voor. Helaas! moet ik wel zeggen want de vorst wordt steeds strenger en ook overdag is het uitermate koud.
In de kranten leest men niets over deze lage temperaturen; het zou me echter niets verwonderen, wanneer er weer eens een record gebroken zou zijn. Overigens is daar niemand op gesteld, ook al is men nog zo'n verwoed liefhebber van de ijssport. Plaatselijk bericht Westzaan (Dagblad voor Noord-Holland dd. 20 januari):
"Dat men niet gauw te oud is om de schaatsen onder te binden, bewees de 77-jarige Weduwe A. Blokker-Boon zondagmiddag op de baan aan de Euverenweg. Aan de stok streek zij nog fier haar baantje en we kunnen slechts bewondering voor haar hebben om op zo'n hoge leeftijd zich nog op de schaats te begeven". Een aardig voorval, waarvan ik niet kon nalaten, er even melding van te maken!

IJsvermaak op deZaan bij Zaandam op 21 januari 1942

22 januari (donderdag)
En dan komt de grote dag: ELFSTEDENTOCHT IN FRIESLAND.
Groter dan ooit was de belangstelling en deelname voor deze achtste Elfstedentocht. Niet minder dan 970 wedstrijdrijders en 3862 toerrijders verschenen vandaag te Leeuwarden aan de start. Wat een organisatie, om dit alles te verwerken!
De weersomstandigheden waren gunstig: weinig wind en prachtig weer, maar het vroor zéér streng nl. - 16 C.; overdag steeg de temperatuur tot - 10 C.
Zodoende hebben zich tijdens deze tocht veel bevriezingsonge­vallen voorgedaan, waaronder helaas zelfs drie met dodelijke afloop, hetgeen wel zeer diep valt te betreuren. Men rijdt  nu eenmaal voor eigen risico, men  wijst eenieder om de meest mogelijke voorzorgsmaatregelen in acht te nemen en toch is het voorgekomen, dat enkele deelnemers in hun colbertje aan de start verschenen .... Maar we mogen verder niet oordelen, er waren er ook die, ondanks die voorzorgsmaatregelen er niet zonder kleerscheuren afkwamen, hetgeen met een dergelijke hevige koude niet is te verwonderen.

Toch is het percentage uitvallers gering geweest; van de 970 wedstrijdrijders bereikten er 853 de finish ( 87%) en van de 3862 tochtrijders kwamen er 3669 weer in Leeuwarden aan (95%) en die cijfers zijn nog nooit zo hoog geweest.
Ook de snelle tijd van de winnaar wijst op de verder zo gunstige omstandigheden. S. de Groot uit Weidum - weer een Fries! - reed de wedstrijd in de recordtijd van 8 uur, 44 min. en 0,6 sec!
Tweede werd D. de Jong, Huizum in 8 uur, 44 min. en 15 sec. en derde J. v.d.Bij uit Julianadorp, 8 uur 44 min. en 16 sec.
Fel is er gestreden om de wedstrijd te winnen en de grote sen­satie was wel dat de eerste kopgroep, waarin favorieten als Bosman uit Breukelen en Geveke uit Leeuwarden deze leiders, in plaats van linksaf te slaan, in de richting Bolsward reden ... Het kostte hen een uur hetgeen niet meer ingehaald kon worden. Enkelen van hen zetten de  achtervolging nog in, maar anderen, waaronder Bosman, die een bevroren teen had, staakten de strijd. De nieuwe kopgroep, waarin zich bovenge­noemde winnaars bevonden, liet zich niet meer verdringen en zo werden  ook  nu weer de Friezen winnaars! 

Onze eigen ervaringen betreffende deelname aan de Elfsteden­ tocht.

Zoals eerder vermeld, hadden mijn vriend W. Veenis en ik, ook het plan opgevat om te trachten deze Elfstedentocht te vol­ brengen en zo togen we dus vol goede moed per trein naar Leeuwarden, waar we tegen de avond van de 2lste januari arriveerden. Er heerste in Leeuwarden een gezellige drukte, men spreekt dan van "Elfstedenkoorts" en dat is echt niet over,­ dreven! Ook komt men onder de indruk van de geweldige omvang van de organisatie want het valt toch beslist niet mee, om alleen al zo'n kleine 6000 mensen te herbergen en alles volgens plan te laten verlopen. Maar overal stelt men kamers beschikbaar om de Elfstedenrijders onder te brengen. Dank zij goede relaties met Hotel "de Kroon" hadden wij het voorrecht om daar te kunnen slapen en gingen vroeg naar bed, moesten 's  morgens half vijf uit de veren. Met extra zorg hebben we ons aangekleed en ingesmeerd met vaseline en cacaoboter. Toen een stevig ontbijt en .... op weg naar de aanmeldingsplaats voor de start. Door de grote drukte duurde het echter nog heel lang, alvorens we - in groepen - werden "losgelaten", waarna een wandeling van ruim een kwartier volgde, voordat we de schaatsen konden onderbinden.

Om zeven uur was het dan eindelijk zo ver en reden we weg in de richting Sneek. Het was nog geheel donker maar omdat we de zwakke wind in de rug hadden, schoten we toch flink op. Ettelijke valpartijen kwamen op dit traject voor, mede omdat er nogal wat scheuren in het ijs zaten, die men in het donker niet zo gauw ziet. De eerste controleplaats Sneek dus, bereikten we om 8.06 uur, waar onze startkaarten vlug werden afgestempeld. Honderden mensen stonden langs de singels en grachten om de Elfstedenrijders voorbij te zien trekken. En voorlopig kwam er aan die stoet nog geen einde! De afstand van Sneek naar IJlst is gering en spoedig waren we daar ter plaatse. Snel afstempelen en daarna reden we via het Slotermeer richting Sloten, een  heel mooi traject. Nóóit zal ik vergeten hoe de  zon, als een vuurrode bal, boven het  Slotermeer opkwam en wij het prachtige Friese winterlandschap wel op zijn aller­mooist mochten zien. Van de koude hadden we tot nu toe ge­lukkig weinig last, dank zij de goede voorzorgen, die we getroffen hadden. En vooral, nu de zon was opgekomen leek het, alsof het slechts weinig vroor; een uur later zouden we bemerken dat de meegenomen boterhammen in een keihard bevroren massa  waren veranderd!

Om 9.10 uur bereikten we Sloten, een  prachtig oud stadje, dat men door één van de oude waterpoorten binnenrijdt en dan vrijwel meteen op de stadsgracht belandt, aan weerszijden waar­ van de oude geveltjes zo'n bijzonder cachet verlenen. De controle vond plaats  op de gracht, waarna we om het stadje heen reden en weer op het Slotermeer uitkwamen, ditmaal richting Balk. Nu  volgde een schitterend traject door de mooiste streken van Friesland, t.w. Gaasterland. Dwars door de bossen, via Kippenburg, reden we naar Stavoren en kwamen daar om ca. 10.30 uur aan.

Wil men nu kans maken om de tocht met succes uit te rijden, dan mag men in Stavoren géén lange rust nemen,  hoe verleidelijk het ook is om even in een cafeetje te kruipen en wat "uit te zakken". Het langste en zwaarste deel van de tocht heeft men na Stavoren nog steeds voor de boeg en op advies van mijn vriend Veenis startten we dan ook weer vlug voor de volgende route, dit  keer langs de zeedijk naar Hindelopen. Daar gekomen moesten we voor het eerst afbinden omdat de  controle in een café  plaats­ vond. Het  was toen  11.30  uur. Overigens, een keertje afbinden is zo erg niet, voor de voeten is het zelfs heel goed en velen dachten daar net zo over.  Iemand, die niet wilde afbinden, werd door de Hindelopers naar het café gedragen, dit soort toneeltjes maakten we veel keer mee. In   het café hebben we voor het eerst iets warms gedronken en daarna ging het weer voort in de richting Workum. We hadden nu geringe wind tegen, maar vorderden best en kwamen om 12.10 uur in dit stadje aan. Ook hier enorme belangstelling en een zeer gezellige  stemming. Veel tijd gunden we ons echter niet en spoedig waren we op weg naar Bolsward, eveneens een mooi traject, waar ik wel met een kleine inzinking te kampen had, die ik gelukkig gauw weer te  boven  kwam.  Aan mijn tochtgenoot bemerkte ik niets, hij is wat "harder" dan ik, maar verder hebben we beiden precies dezelfde slag en zijn goed op elkaar ingesteld. Om 1 uur n.m. of 13  uur zo men wil, arriveerden we in Bolsward, waar het nog drukker was dan in Workum. Dan bemerk je pas goed hoe héél Friesland met de Elfstedentocht meeleeft.....

De controle verliep vlot en nu gingen we op weg naar Harlingen. Daar de vaart naar Harlingen nogal bochtig is, kregen we de wind opzij en af en toe zelfs vóór de wind, zodat we om 13.55 uur deze stad bereikten. Ook hier moesten we afbinden, maar de Harlingers waren ons in dat opzicht vóór; men kreeg zelfs de kans niet om zilf af te binden, dat werd gedaan met alle vriendschappelijkheid van dien; wéér zo'n staaltje van Friese hulpvaardigheid!
Nu hadden we er dus 120 km opzitten en gunden ons een flinke rust.Voor alles beter, wil men weer fris en monter aan het zwaarste deel van de tocht - de rit naar Dokkum - beginnen.

Daar mijn broer Johan en zijn vrouw in Harlingen wonen, hebben we ons daar tegoed gedaan aan een stevig bord erwtensoep, dat het smaakte, behoef ik haast niet te vermelden! Na deze rustpauze kregen we eerst het traject Harlingen-Franeker te verwerken en dat viel nogal mee. Om 15.20 uur waren we dan in Franeker, waar de controle weer op het ijs plaatsvond.
Ook hier weer indrukken, die men nooit vergeet: langs het bolwerk ziet men de Elfstedenrijders komen en gaan. Er liggen twee banen naast elkaar en zodoende komt men degenen die de lange trip naar Dokkum zijn gestart, weer tegen.
Veel tijd gunden we ons echter niet, want nu moesten we 45 km tegen wind in naar Dokkum, zonder verdere pleisterplaatsen, met uitzondering dan van het bekende kruispunt bij Barthlehiem.

Op dit lange traject had ik af en toe wel last van vermoeidheid, maar op den duur raak je daar overheen als je maar doorrijdt!!
Als tochtrijders mochten we natuurlijk wel opleggen en zo reed nu de één en dan de ander voor, terwijl we af en toe met een hele sliert rijders een goed eind in de richting opschoten.
Zo bereikte we Barthlehiem waar een gratis - warme dronk van de "Frico" best smaakte en met spoed gingen we op weg naar Dokkum. Die afstand meet toch nog behoorlijk uit en ook het ijs was daar lang niet best.

AFBEELDING blz 97

Dokkum - een magische plaats tijdens  en Elfstedentocht! Want wie Dokkum bereikt, kan er vrijwel zeker van zijn ook de finish te Leeuwarden te halen. Immers de wind is meestal Noord­-Oost en dan komt men er altijd en zal de herinnering aan deze vóórlaatste   stad  nooit vergeten!

Vaak werden we onderweg gewaarschuwd voor slecht berijdbare plaatsen en als we dan vroegen "hoe ver is het  nog naar Dokkum?" kregen  we ten antwoord: "nog tien minuten volhouden, dan ben je er direct!". Maar dat moest je dan wel met een korreltje zout nemen,  want het duurde nog wel even langer ....
Maar eindelijk kwamen we dan in Dokkum aan, zodat we nu wel konden berekenen - het was inmiddels zes uur in de avond geworden - dat we met de wind in de rug,  de finish in Leeuwarden tijdig genoeg zouden kunnen passeren.
Wat een vreugde en feest daar in Dokkum, muziek op het ijs, ere­poorten, vlaggen, enz.enz-. Daar moesten we echt een ogenblik voor nemen om dit ware ijsfeest mee te maken! Immers, wie Dokkum bereikt, kan er zo goed als zeker van zijn, dat hij de Elfstedentocht volbrengt.

De terugweg van Dokkum naar Leeuwarden ging inderdaad gemakkelijk, maar we kwamen er nog velen tegen, die nog naar Dokkum toe moesten en het dus heel wat zwaarder hadden dan wij. In een kalm tempo reden we ons laatste traject, maar intussen begon het  donker te worden en zo wogen de laatste loodjes toch nog het zwaarst. Want als je vrijwel  de gehele dag op schaatsen staat en dan nog een eind in het donker moet rijden, heeft dat beslist zijn bezwaren. Vlak vóór Leeuwarden werd het ijs boven­dien veel slechter met schotsen en scheuren en dat bevorderde, evenals vanochtend, de valpartijen. Ook ik moest er een keer aan geloven, maar het viel nogal mee. 

Om 18.30 uur bereikten we de finish te Leeuwarden en wat waren we in onze schik! Wat betekenen dan vermoeidheid en "last van stijve benen"? Zulke laatste momenten vergeet je nooit! Een ieder  heeft op zo'n  ogenblik zijn eigen belevenissen. In "de  Harmonie" ontvingen we ons laatste controle-stempel en toen vlug naar  "De Kroon" waar een stevig maal ons wachtte en en we konden uitrusten van de lange tocht van 200 km, die we nimmer zullen vergeten en gráág nog eens het volgend jaar zouden willen overdoen!
Nu is ons Elfstedenkruisje de meest tastbare herinnering.

23 januari
Wanneer ik nu weer mijn dagboek vervolg, dan blijkt dat er, wat de winter betreft, maar weinig verandert. Het heeft opnieuw tenminste - 14 C. gevroren en er is bovendien sneeuw op komst.

Westzaan, zware sneeuwval op 24 januari 1942

24 januari
Een pak sneeuw, daarbij tevens in ons dorp weer sneeuw verstuivingen, zodat op sommige plaatsen de sneeuw opwaait tot een meter hoogte.Toch hield de ijsclub ''Westzaan" vandaag nog nationale wedstrijden, de eerste prijs van. f 25,-- bleef in Westzaan, het was Niek Hartman, een veel belovend kortebaan rijder. Er waren 29 inschrijvingen.

25 januari (zondag)
Nog steeds strenge vorst; schaatsenrijden alleen op ijsbanen mogelijk. Om bij onze schuur te komen, moest ik eerst een pad uitgraven, de sneeuw was in de tuin tot meer dan een meter hoogte opgewaaid. Een weinig betekenende IJs-zondag.

26-27 januari
De koude heeft nu zeker wel een hoogtepunt bereikt. Midden over­dag vriest het zeer streng tot tenminste - 12 C., daarbij een harde N.O.-wind. Bovendien is er 's nachts weer sneeuw gevallen, zodat de wegen op vele plaatsen onbegaanbaar zijn. Autobussen blijven in de sneeuw steken, vrachtvervoer vond niet plaats en zo gaat het maar door. De vaargeul in de Zaan is dichtgevroren, ook de grote rivieren "zitten".
LATERE INFORMATIE LEERT MIJ, DAT DE LAAGSTE TEMPERATUUR WELKE OOIT IN NEDERLAND IS WAARGENOMEN, OP 27 JANUARI IS GEREGISTREERD TE WINTERSWIJK; DEZE BEDROEG - 27,4 C. ! ! DIT BETEKENT ONGEKENDE KOUDE VOOR ONS LAND.
In de avond van die 27ste januari stijgt de temperatuur (ge­lukkig) en op

28 januari
Onverwachts heeft de een of andere depressie een voorlopig einde aan deze zeer strenge vorstperiode gemaakt en dat bete­kent voor duizenden mensen een verademing. Er is veel gebrek geleden tijdens deze reeks van 19 ijsdagen en we zullen maar hopen, dat het voorlopig blijft dooien.

29 januari
Vandaag heeft het de gehele dag gedooid, maar de temperatuur kwam toch niet hoger dan ca. 5 C. boven het vriespunt. Wat we al vreesden, gebeurt bovendien: vanmiddag om vier uur werd de wind weer N.O. en de thermometer daalt weer onder het vries­punt. Tevens valt er sneeuw.

30 januari
Het heeft niet meer dan een graad of vijf gevroren, overdag schommelt de temperatuur om het vriespunt, terwijl er opnieuw zware sneeuwbuien vallen. De wind is naar het Zuiden gedraaid, wat zal het worden?

31 januari
Sneeuw, sneeuw en nog er eens sneeuw!
We kunnen ons niet herinneren, ooit zoveel van dat witte goedje te hebben gezien. Ook in februari 1940 viel er veel sneeuw, maar deze winter m.i. nog meer en we vragen ons terecht af: komt daar geen einde aan? Zo scheiden we van januari en zal februari ons wel vertellen of deze winter, die nu al een streng karakter draagt; een van de aller strengste zal worden, welke we ooit hebben meegemaakt .....

De winter van 1941/42, februari

1 februari
Ook vandaag sneeuwt het vrijwel de gehele dag, geen grote vlok­ken, maar het blijft aanhouden, zodat een ongekend dikke sneeuwlaag alles bedekt en de wegen onbegaanbaar zijn. Bakker en melkboer komen met de slee aan huis, dat is nog het beste ver­voermiddel!
Het vriest gelukkig niet streng, slechts een paar graden.
SEDERT EEN WEEK IS DE ZAAN GEHEEL TOEGEVROREN; ER IS OOK GEEN KLEINE VAARGEUL MEER, DE ZAAN IS DUS VOOR ALLE SCHEEPVAART­VERKEER GESLOTEN.

2 februari
De koude neemt weer toe. Met een Oostelijke wind en licht bewolkte hemel vriest het overdag  - 5 tot - 7 C. 's Avonds elf uur daalt de thermometer weer tot - 11  C. en is de strenge vorst dus teruggekeerd. In totaal hebben we nu 23 ijsdagen achter de rug, hoeveel zullen er nog volgen?

3 februari
Vorst - 14 C. Overdag zéér koud, de wind is O.Z.O.
In de loop van de dag pakken zich sneeuwwolken samen en 's middags vier uur begint het weer zwaar te sneeuwen, dat duurt op dit ogenblik ('s avonds 9 uur) nog steeds voort.

In de nacht van 3 op 4 februari is er een enorme hoeveelheid sneeuw gevallen, alle verkeer is nu ontwricht. De sneeuw ligt op straat 50  cm. hoog. De Provinciale weg tussen Koog-Zaandijk en Westzaan is totaal ingesneeuwd. Alle verkeer, zelfs per fiets, is onmogelijk. Ook  de treinenloop heeft enorme vertraging, overal zijn sneeuw­ ploegen uitgerukt om tenminste te  trachten nog enige orde in deze chaos te brengen. Maar pekel en zout is er niet voldoende.

4 februari
Geen verandering in de toestand. De wind is weer Oost en de temperatuur blijft overdag tenminste 5 C. onder het vriespunt. Bovendien  zit  er nog meer sneeuw in de lucht ...

5 februari
Gelukkig geen strenge vorst; het sneeuwt af en toe eens en het vriest slechts - 4 C., dus betrekkelijk "warm'' weer. Maar er zit nog steeds geen dooi in de lucht.
In onze tuin liggen nu sneeuwhopen van anderhalve meter hoogte en elke ochtend moet ik een pad uitgraven om naar de schuur te komen. Het dorp zelf, levert een  fantastisch gezicht op. Zware sneeuwdammen versperren de rijweg, af en toe passeert een arreslee of iemand met een "werkslee", alsof we hier in Rusland zijn of ergens in Hongarije .... Bij Middel sprak ik mensen, die tot hun borst  toe door de sneeuw moesten waden. Op de Provinciale weg is het treurig gesteld, ondanks de vele pogingen die men doet om de rijweg "schoon° te krijgen. Van schaatsenrijden is geen sprake meer, sedert ik de Elfstedentocht heb gereden, heb ik geen schaats meer op het ijs gezet en dat is nu al veertien dagen geleden. Er zijn nu andere zorgen en dan spreken we nog niet over de ellende van onvoldoende brand­stoffen enz. Kolommen vol zou men over deze toestanden kunnen schrijven, maar het zou te ver voeren om alles te vermelden.

6 februari
Nog steeds geen verbetering, we zijn al blij dat het niet streng vriest. Aanstonds gaat deze winter zijn vijfde week al in, nog vòòr de beruchte datum van 9 februari in 1929 - dat vergeet ik nu eenmaal nooit - de strenge koude pas begon...

7 februari
Na een paar dagen matige vorst heeft het in de afgelopen nacht voor de verandering weer eens behoorlijk streng gevroren, nl. - 12 C. 's Morgens vriest het nog - 9 C. 's Middags helder vriezend weer met Oostenwind. 's Avonds komen er weer wolken opzetten en stijgt de temperatuur tot - 5 C.

8 februari (zondag)
Langzame verandering in de weersgesteldheid, de mogelijkheid van dooi is niet uitgesloten.
Vanmiddag zag ik in ons dorp nog vier verschillende arresleden rijden, een wonderlijk gezicht. Voorts fietsers op de Nauernase vaart, want het vaartdijkje is ingesneeuwd, men fietst nu liever over de schotsen en de sneeuw van de vaart.
In sommige sloten ligt nu een halve meter ijs. Vele brandbijten zijn volkomen onbruikbaar, daar moet nodig iets aan gedaan worden, men moet er niet aan denken, wanneer op een dergelijke plaats in de omgeving een brand uitbreekt ....
Voorts is in dit weekend het Kampioenschap van Nederland op de schaats verreden en wel op de banen van de Zutfense IJsvereniging. De Amsterdammer H. Buyen werd Kampioen van Nederland. Tweede werd J. Havekotte en derde P. Keyzer.

9 februari
Vandaag is inderdaad de dooi ingevallen. Hoogste stand van de thermometer te 14.20 uur: + 7 C. 's Avonds omstreeks 21.30 uur: + 2 C. Erg overtuigend is de dooi helaas niet, de wind zit alweer in het Noordwesten en de lucht klaart op.

10 februari
De dooi handhaaft zich nog. Harde westelijke wind met wat regenbuien. Temperatuur overdag vier tot vijf graden boven het vries­punt. De sneeuwmassa's smelten langzaam weg en de wegen krijgen een iets beter aanzien.

11 februari
Het scheelt niet veel of de dooi moest alweer voor Koning  Winter wijken. Vanochtend vroor het tenminste met Westenwind - 3 C. Na  de middag dooit het weer wat en er valt opnieuw sneeuw.

Vanmiddag is de Zaan door de ijsbreker "IJsbeer" opengebroken. Gedurende bijna twintig dagen is de Zaan voor alle scheepvaartverkeer gesloten geweest. Op sommige plaatsen lag een halve meter ijs.

12 februari
Nog lichte vorst in de ochtend, maar vanmiddag is de wind tot halve stormkracht aangewakkerd, terwijl het daarbij flink regent. We zullen echter nog maar geen hoera roepen, hoe graag ook een ieder in deze tijdsomstandigheden de winter liefst voorgoed ziet verdwijnen!

13 februari
De wind is geruimd naar N.W., er vallen zware sneeuw- en hagelbuien en dat is een slecht teken.

14 februari
Harde N.W.-wind met opnieuw sneeuw- en hagelbuien; temperatuur om het vriespunt. 's Avonds opvriezend.

15 februari (zondag)
Na vorst van een paar graden heb ik vandaag, voor het eerst na 23 dagen, weer eens geprobeerd om een eindje te schaatsen. Het ijs was vrij goed, men kon overal behoorlijk rijden, maar er wordt geen gebruik van gemaakt. De enige, die ik in het gehele Westzijderveld tegenkwam, was de heer M. Dekker, eveneens uit Westzaan en zo hebben we samen nog een uurtje gereden. Wat het weer betreft, de wind ruimt naar het Noorden en later N.O., zodat een nieuwe vorstperiode voor de deur staat, daar is niet aan te ontkomen.

16 februari
De winter is opnieuw ingevallen. Harde Oostenwind en - 5 C. vorst, gelukkig dus nog geen strenge vorst. Hoge barometerstanden. Wat zou ik graag eens iets te weten komen over het weer in het buitenland, dan had ik tenminste wat houvast, maar de kranten zwijgen in alle talen. Vandaag ging ik weer eens op de schaatsen naar de fabriek, precies een maand geleden deed ik dat voor het laatst en nu weer opnieuw over hetzelfde ijs.

18 februari
De harde N.O.-wind houdt aan en we moeten met strengere vorst rekening houden. Wat dat in deze tijden betekent, is met geen pen te beschrijven.

Vele scholen zijn al sinds weken gesloten omdat er geen kolen zijn. Ook een aantal winkels zijn dicht om dezelfde redenen. Aanstonds zullen de fabrieken volgen .....

19 februari
In de afgelopen nacht is het weer zeer koud geweest, de tempera­tuur daalde tot  - 10 C., maar gelukkig wordt het in de loop van de dag wat milder weer, 's avonds zelfs tot om en nabij het vriespunt.

20 februari
Lichte  sneeuwval in de nacht en matige vorst. Overdag weer om het vriespunt. De winter duurt nu al zes weken lang, behoudens één kleine en een iets langere dooiperiode.

21 februari
Weer strenge vorst tot - 10 C. gepaard gaande met vrij zware sneeuwval. Opnieuw is alles dus vandaag met een verse laag sneeuw bedekt, de wind waait weer hard uit het N.O. en 's avonds is de hemel weer geheel helder. Het vriest - 7 C.

22 februari (zondag)
Het heeft bannacht - 15 C. gevroren, overdag van - 7 tot - 8 C. In normale tijden zouden we spreken van een IJs-zondag en dat is het ook wel, maar er wordt vrijwel niet meer gereden. Wel vinden op sommige banen wedstrijden plaats.

23-24 februari
Doorgaande vorst, gelukkig minder streng dan de voorgaande nachten. Maar de N>O.-wind begint weer op te steken en op

25 februari
valt er opnieuw een flink pak sneeuw.
Het heeft vandaag de gehele dag gesneeuwd en mede tengevolge van de harde N.O.-wind is de sneeuw weer opgewaaid tot de bekende sneeuwhopen, waar geen doorkomen aan is. Daarbij vriest het nog steeds een graad of vijf en het ziet er niet naar uit dat het zachter zal worden.
Toch werden er vandaag hier in Westzaan weer eens nationale wedstrijden gehouden, georganiseerd de B.V. "Noord"; de deelname was niet groot, slechts tien hardrijders hadden ingeschreven waaronder enige bekende "kortebaan-cracks". De  eerste prijs van f 40,-- werd  gewonnen door J. Krijger uit Wieringen, tweede werd C. de Ruyter, Nauera  (f  20,--) en derde onze plaats­genoot N.A. Hartman (f 10,--).

26 februari
Na de zware sneeuwval van gisteren,  is de wind toch Oost ge­bleven, de bewolking neemt af en daarom wordt de vorst weer strenger. Men slaakt met recht de verzuchting: "komt daar nou nooit een einde aan?".

In het veld worden damhekken geroofd, zelfs een gehele petmolen  (watermolentje)  werd gesloopt om als brandstof te dienen. Iets dergelijk kwam hier, naar ik meen, nog nooit voor en het is een treurige geschiedenis, die ik hier moet memoreren.

27 februari
Zelfde weertype met - 5 C. vorst, dat valt dus nog mee, want we hadden lagere temperaturen verwacht, maar deze zijn gelukkig uitgebleven.

28 februari
Op de laatste dag van februari is de wind naar het Z.W. ge­draaid en het dooit overdag flink. 's Avonds harde wind uit Zuidelijke  richtingen en temperatuur om het vriespunt.
Zeven weken lang duurt nu deze zeer strenge winter.

AFBEELDING blz 104

Dorpsstraat Assendelft; de schapen worden thuis gebracht ...

De winter van 1941/42, maart

1 maart (zondag)
Hoewel het 's nachts nog steeds vriest, stijgt overdag de temperatuur toch boven het vriespunt en, mede door de kracht van de zon, is de meeste sneeuw nu weggedooid. Uitgezonderd de sneeuwruggen.
IJswedstrijden te Westzaan, Anno 1 maart 1942
De B.V. "Noord" organiseerde vandaag opnieuw nationale wedstrijden om het kampioenschap van Westzaan. Het weer was goed, de belangstelling groot en de wedstrijden hadden een vlot verloop. Winnaar werd C. de Ruyter, Nauerna (f 15,-- plus zilveren lauwertak), tweede was C. Bakker, Zaandam en derde opnieuw N.A. Hartman.

2 maart
Nog steeds Oostenwind met 's nachts vorst en overdag dooi. De zaan werd vandaag opnieuw opengebroken; het Noordzeekanaal is alleen bij Velen vrij van ijs.

3 maart
Geen verandering in het weer. In onze tuin een sneeuwberg van een meter hoogte opgeruimd. Dat moest nu maar eens gebeuren!

4 maart
De winter duurt nog steeds voort; het vroor - 4 C. en tegen de avond steekt de wind weer op, natuurlijk uit het Oosten en om negen uur 's avonds woedt er hier een sneeuwstorm; temperatuur: - 2 C. Zowel op de Zaan als op het Noordzeekanaal werd vandaag nog schaatsen gereden.

5 maart
De gehele nacht heeft het vrijwel onafgebroken gesneeuwd; daar­bij is de temperatuur gedaald tot - 6 C. en we krijgen het gevoel, alsof de strenge februari-koude is teruggekeerd.
Morgen, 6 maart, duurt deze winter nu al acht weken lang, en terwijl het in 1929 en 1940 omstreeks dezelfde tijd reeds lang dooide, vriest het nu - 5 C.; De wind buldert nog steeds uit het Oosten en ook .overdag bleef de temperatuur onder bet vriespunt (ijsdag in maart).

6 maart
Met stormachtige Oostenwind heeft het in de afgelopen nacht niet minder dan - 11 C. gevroren, dat betekent strenge tot zeer strenge vorst. Wie zei daar ook weer "Streng heren re­geren niet lang?" ... Het zijn werkelijk vreselijke dagen, in deze eerste week van maart 1942; duizenden mensen zitten nu zonder brandstoffen; wanneer men één kamertje een beetje warm kan stoken, is men een gelukkig mens ....
De sneeuwbergen hebben de wegen opnieuw totaal onbegaanbaar gemaakt. Ook overdag blijft het bitterkoud en we beleven nu ijsdagen in maart, in plaats van Lentedagen.
Hieronder volgt een temperatuurstaatje gedateerd 6 maart 1941:

  9 uur vm. vorst - 10 C.
12 uur vm. vorst -   7 C.
14 uur nm. vorst -   7 C.
17 uur nm. vorst -   7 C.
19 uur nm. vorst -   7 C.

7 maart
Afnemende wind, toch heeft het nog - 1 C. gevroren. Naar we van harte hopen, hebben we dus nu een hoogte- of dieptepunt van deze felle maartse koude hiermede achter de rug. .Maar nog steeds duurt de winter voort en is het einde niet in zicht. Integendeel, het is zelfs nog mogelijk om schaatsen te rijden, daarvan getuigt onderstaand verslag:
"Heden, zaterdag 7 maart 1942, alleen om deze bijzonder late datum, heb ik de schaatsen nog eens ondergebonden en ben naar de  Nauernase vaart gegaan.
Deze vaart was heel goed berijdbaar, zodat ik tot Krommenie kon doorrijden. Langs dezelfde route weer terug en daarna naar Nauerna. Hier even afgebonden en op de dijk gekomen zag ik een aantal mensen nog schaatsenrijden op het zgn. "Nauernase gat", d.i. een zijarm van het Noordzee-kanaal. En zelfs aan het einde van dit zo brede water, daar, waar het overgaat in het kanaal, zag ik schaatsenrijders en dat op 7 maart ....
Omdat het inmiddels weer eens begon te sneeuwen, ben ik teruggegaan met de gedachte dat het toch een heel merkwaardige belevenis  is om op deze datum heel nuchter een baantje te gaan rijden op vaarten en kanalen die sinds mensenheugenis op DEZE DATUM nooit berijdbaar waren".

8 maart (zondag)
IJswedstrijden Anno 8 maart 1942
De vorige week schreef ik over ijswedstrijden op 1 maart 1942, dit keer gooien we er nog een schepje op, er komt weer een weekje bij. Begunstigd door prachtig weer, vonden inderdaad deze ijswedstrijden plaats en wel te Oostzaan.
Hieronder volgt de tekst van de advertentie in "De Zaanlander":

IJsvereniging "Centrum"- Oostzaan.
IJs en weder dienende zondag 8 maart a.s.:
HARDRIJDERIJ VOOR DAMES
OM HET KAMPIOENSCHAP VOOR WATERLAND EN ZAANSREEK
prijzen van f 15,--, f 10,--, f 5,-- en f 2,50.
Voor de kampioene zal tevens een extra prijs als
aandenken beschikbaar worden gesteld.
Aanvang 2 uur. - Aanmelden op de baan "Kolksloot".

Zoals ik hierboven al schreef, was het vandaag prachtig weer, we zouden haast zeggen, de eerste voorjaarsdag. Na de barre Oostenwinden en de felle kou van de afgelopen week is de wind nu naar het Westen gedraaid. Wel heeft het in de nacht nog gevroren maar overdag liep de temperatuur snel omhoog en wees de thermometer - in de zon - een stand van plus 10 C. aan. Maar dit betekent nog steeds geen echte dooi.

9 maart
Overdag dooit het flink, maar 's avonds vriest het nog steeds op. Daarom gaat het ijs in het geheel niet achteruit, bovendien is het nog zeer dik. De wind is weer Oost geworden.

10 maart
De Voorzaan is open gebroken, de Achterzaan echter nog niet, daar is alleen een kleine vaargeul en voor het voor het overige gedeelte van de Zaan loopt men nog rustig over het ijs. De Alkmaarder Packet hervatte vandaag de dienst op Amsterdam.

11 maart
Nog steeds geen ingrijpende veranderingen, het wachten is op "De Grote Dooi"...

12 maart
De Oostenwind doet vermoeden dat het de eerstvolgende dagen weer kouder zal zijn. Het vroor vanochtend nog - 4 C. en overdag blijft de temperatuur rond het vriespunt hangen.
Om acht uur 's avonds vriest het weer - 4 C., de hemel is helder en de Oostenwind wakkert aan. Om half elf 's avonds staat mijn thermometer op - 7 C.

13 maart
In de afgelopen nacht is het kwik gelukkig niet verder gedaald dan - 7 C., op zichzelf al erg genoeg. 0verdag blijft het zeer koud. Tegen de avond bedaart de wind, maar blijft helaas vriezen. Windrichting: Z.O.
We zijn in deze winter wel wat gewend geraakt, maar het valt toch wel bitter af, dat er zelfs nu nog zulke koude dagen voorkomen. Vanmiddag fietste ik over het ijs naar Zaandam, dat gaat heel gemakkelijk want het ijs is stroef geworden, geen wonder, dit ijs is al negen weken oud!!

14 maart
Hoewel het nog steeds niet regent en de wind Z.O. is, begon het nu overdag opnieuw te dooien en het is te hopen, dat het dóór­zet, maar men begint er wel eens aan te twijfelen.
De IJsvereniging "Centrum" te Oostzaan blijft ter tenminste maar volhouden en schreef voor zondag 15 maart weer een nationale hardrijderij uit voor jongens tot en met veertien jaar ... Maar het hoeft écht niet meer!

15 maart
EINDE VAN DE WINTER GEKOMEN.
Langzaam maar zeker zet de dooi door. Het heeft voor het eerst in de nachtelijke uren niet gevroren en tegen de ochtend regende het een beetje. Overdag een stralend zonnetje en Zuidelijke wind; van ijswedstrijden dus geen sprake meer en er is vanzelfsprekend niemand die daarom treurt.

16 maart
Flinke dooi, Z.W.--wind zodat we mogen aannemen dat deze zeer strenge winter tot het verleden behoort.
Het Noordzee-kanaal is ijsvrij, de Zaan nog lange niet. Over de grote rivieren ontbreekt elk bericht.
Op mijn verzoek om enige nadere inlichtingen betreffende de strengheid van deze winter, gericht aan het Ned. Meteorologisch Instituut te De Bilt, ontving ik het volgende, antwoord:
"De Bilt, 13 maart 1942.

Het antwoord op Uw boven aangehaald schrijven kan zeer kort zijn en zal U weinig bevredigen. In verband met de beperkende bepalingen,die door de Duitsche Weermacht zijn uitgevaardigd betreffende de verstrekking van weerkundige inlichtingen, is het ons namelijk niet toegestaan,dat wij U de genoemde gegevens verschaffen.
Namens de Hoofddirectie van het Nederl. Meteorol. Instituut, De Directeur der Derde Afdeling, enz.enz."

Helaas poging faalde en ik zal moeten wachten op andere tijden ....

17 maart
Voor het eerst sinds negen weken heeft net vandaag de gehele dag geregend. Het ijs gaat nu hard achteruit, maar men kan er overal nog op lopen.

18-19 maart
Ideaal dooiweer, Z.W.-wind, regenachtig en mistig. Vandaag werd de Nauernase vaart opengebroken.

20 maart
Op sommige plaatsen waar weinig zon doordringt, blijkt dat er nog een ijslaag ligt van 40 cm.

21 maart
Officieel is het Lente, maar in de Natuur lijkt het nergens op. Gouw, Weelsloot en andere hoofdwateren van het binnenveld liggen nog geheel dicht en dat betekent een grote zeldzaamheid.

22 maart
Waarachtig, één klein krantenberichtje gelezen, het eerste, wat betrekking heeft op de afgelopen winter:

AMELAND UIT ISOLEMENT
Sinds mensenheugenis had het niet zo lang geduurd.

"Nadat het vaarwater Nes-Holwerd tien weken door het ijs niet bevaarbaar was, is thans de barkas, die sindsdien te Holwerd aan de steiger was gemeerd, te Nes aangekomen. Het eiland Ameland is uit zijn isolement verlost, nadat het zeventig dagen in de greep van de winter had vastgelegen.
Sinds mensenheugenis is die isolatie niet zo lang geweest, tot groot ongerief van de bevolking. Wel zijn er enige goederen per vliegtuig als postpakket aangevoerd en is er over de Waddenzee per prikslee vervoerd".

Tot zover dit krantenbericht. Voorwaar de moeite waard om te memoreren!

23 maart
De wind Zit weer in de N.O.-hoek en het heeft 's nachts zelfs wat gevroren. Ook de lucht is weer helder, maar we mogen toch wel aannemen, dat van verdere koude geen sprake zal zijn?

24 maart
Het heeft nog eens - 3 C. gevroren; overdag mooi voorjaarsweer, 's avonds koud.

25 maart
Daar het water in het binnenveld sterk gestegen is, draaien de watergemalen nu op volle kracht en spuien deze overtollige hoeveelheid naar de Zaan en het Noordzeekanaal. Tengevolge van de ontstane stroming is het ijs uit de Gouw en Watering nu zo goed als verdwenen. Maar op zonloze plaatsen blijft het ijs zich hardnekkig verzetten. Zo waren de gebrs. Wezel hier bij de fabriek aan het ijszagen. Vanaf hun schuitenhuis moest een vaargeul gezaagd worden naar het vrije water van de fabriekssloot een afstand van tenminste dertig meter. Het ijs, waar men door­ heen zaagde, had nog een dikte van 40 cm.!!

26 maart
De Lentezon schijnt en zo langzamerhand kan ik mijn winteraantekeningen gaan besluiten. Het is, vooral in deze tijdsomstandigheden, heel, héél erg geweest. In normale tijden zou een dergelijke winter al funest zijn geweest. In oorlogstijd betekent zo'n winter een ramp, al is het leed dan nu geleden.
Het blijft een wonderlijke samenloop van omstandigheden en een speling van de Natuur, dat strenge winters in oorlogstijd voor­ komen. De strenge winter van 1929 moge een uitzondering zijn, de winter van 1917, in de eerste wereldoorlog vallende, was eveneens een winter van betekenis. En wie herinnert zich uit de geschiedenisboekjes niet, hoe in de winter van 1794/95 de Franse generaal Pichegrue over de bevroren rivieren ons land binnenviel? In het rampjaar 1672 was het al precies hetzelfde en mogelijk zijn er nog wel andere voorbeelden aan te halen. Men zou haast geneigd zijn te zeggen, dat de Natuur eveneens oorlog voert. Misschien heeft deze ontzettende winter een vreselijke oorlog helpen bespoedigen tot een snel einde en daarom blijven we ver­trouwen, dat het volgend jaar in alle opzichten beter zal zijn!

Nagekomen aantekeningen
Ditmaal nog enkele regels over het voorjaar van 1942.
Evenals de winter, is nl. ook het voorjaar zeer koud geweest. Niet alleen koud, maar ook zeer droog. Gedurende bijna drie weken heeft het in april bijna niets anders gedaan dan waaien, soms stormen en dan nog vaak uit de Oosthoek, zonder dat er een druppel regen viel. Op 3 mei brandt onze kachel weer lustig, er waait buiten een gure Noordenwind. Het jonge groen, dat toch al zo laat is heeft heel wat te verduren!
En hierbij zal ik het dan laten; rest mij nog de opmerking dat, volgens gegevens uit een tijdschrift, de winter van 1941 op 1942 onder de strengste van de laatste eeuwen gerangschikt kan worden.
Sedert 170 jaar is het niet zo koud geweest en daar konden we het dan mee doen!

Bovenkant van de pagina